12 december, Zoals ik al schreef, gaan we terug naar Potchefstroom. Brigitte heeft zuchtend en steunend alles weer in de koffers gepakt.
Wel wat vroeg, omdat het weer bij Potch zondag pas redelijk lijkt te worden en we zaterdag gaan rijden. De leiding van het vliegveld
in Gariep had ik gisteren al verteld dat we vertrokken. Die waren niet blij, want we zijn hier wel één van de allerbeste klanten.
Dan komt Suzan, die een uurtje geleden met het WiFi wachtwoord het internet probleem definitief verholpen had langs om te vertellen dat het
vliegveld gebeld heeft met de mededeling dat de vliegvergunning voor de JS3 is aangekomen en we dus gewoon kunnen vliegen. Iedereen stom verbaasd.
Ik blij en Brigitte ontploft. Wéér die vermaledijde koffers uitpakken! ZuidAfrikaanse gewoonten passen niet erg bij iemand met
een Duitse achtergrond.
Volgens het weerbericht is het een duizend kilometer dag (geen OLC maar een echte) dus daar kunnen we van profiteren.
Ik verwacht weliswaar dat in de omgeving van de waterhozen van de afgelopen tijd het wat later op gang zal komen en besluit
laat te starten en een bescheiden 500 km te declareren. Het is hoge koorts op het veld. De OLC-vliegers buitelen over elkaar heen en
staan om 10 uur al in de startblokken op de banen, terwijl Brigitte en ik in de Gazebo zitten te ontspannen. De meute start om
halfelf en fladdert met draaiende motoren rond op 700 meter. Holger komt terug en besluit een paar uurtjes te wachten...
Halftwee, we staan op baan 33 met een zwak windje dat voortdurend draait. De sleepvlieger had ik al gebriefd over het maximale
startgewicht van de kist, de minimum sleepsnelheid en het feit dat de kans groot was om in de eerste aanloop een vleugel aan de
grond te krijgen. Inderdaad, op het moment dat de tiploper de vleugel loslaat, valt die links als een blok op de baan. Alles vol tegen
en nog even wachten met ontkoppelen. Dat helpt. Het vliegtuig heft zich weer op en op dat moment houdt ik de stuuknuppel los in mijn handen.
Nouja, gelukkig alleen de handgreep. Nieuwigheid. Ik heb de hele vlucht de knuppel maar onder de handgreep vastgehouden.
Soms zit er 4 meter, soms niet meer dan 1. Het eerste been gaat tegen de wind in met 133 km/u, Het tweede met 152 km/u maar
dat derde keerpunt is onbereikbaar. Grote onvoorspelde buienlijnen doorkruisen het pad en de thermiek wordt steeds onbetrouwbaarder.
Zeventig kilometer voor het tweede keerpunt breek ik af en vlieg naar Gariepdam. De wind is inmiddels gedraaid en die heb ik weer tegen.
De thermiek wordt steeds zwakker tot ruim onder 1 m/sec en even voorbij Colesberg op 700 meter en 35 km van Gariep is het helemaal dood.
Dat haal je zelfs met een JS3 niet, dus de straalmotor moet er aan te pas komen. Hoofdschakelaar aan, motor paneeltje aan,
fuel schwitch op open en het zoveelste schakelaartje op "run". Anderhalve minuut later zegt het apparaat "NO IGNITION" en houdt
het voor gezien. Nu wordt het echt vervelend. Het vliegveld van Colesberg is al jaren geleden gesloten en inmiddels overwoekerd
en een andere plaats waar ik met een veilig gevoel landen kan is niet in de buurt. Schakelaar terug op EXT. en weer naar "RUN".
EGT loopt naar 500 graden en toerental naar 30000 rpm. Pfff, gas na 30 seconden open en we hebben 80000 toeren, het maximum
continue toerental. Met 135 km/u blijft de kist op 700 m GND, maar we zijn er nog niet.. Er gaat een rode lamp aan. Tank leeg
over een minuut beweert het apparaat. Dat kan niet want die was vol gegooid in Potch. Nu lag er in de aanhanger een plas diesel
onder de romp, maar dat kan nooit een hele tank geweest zijn... Tenzij de rest de aanhanger is uitgelopen. Dertig kilometer uit
en nog steeds 700 meter. Tank definitief leeg zegt de aanwijzing van LX. Ik denk de akkers bij Washbank te kunnen halen en het
toerental van de motor blijft 80000 rpm. Dan zegt de LX dat er weer tien liter in de tank zit. Om een lang verhaal kort te maken,
de motor blijft gewoon lopen tot boven Gariep, waar ik opzettelijk wat hoger aankom om op een voorgeschreven manier alles weer
af te zetten en te koelen. We hebben weer het nodige te freubelen morgen.
13 december, vliegbaar, maar bovenwind meer dan 50 km/u. Die gaat de komende twee dagen oplopen naar 120 km/u zegt Topmeteo.
We gaan knutselen.
13 december 2019
De man van Susan, druk in de weer tijdens de hevige regenval van de laatste dagen. We hadden in huis al weer twee lekken en Brigitte was met vele handdoeken en pannetjes in de weer om alles zo droog megelijk te houden.
Rudolf, de man die zo onfortuinlijk een dag of tien geleden naast het vliegveld landde, kwam even m'n instrumenten bewonderen. We hadden het over de grote snelheidmeter, die hij eigenlijk ook had willen hebben. Die kleine die Rudolf en vele anderen hebben is eigenlijk toch wel wat te klein. De laatste vlucht miste ik bij zwak stijgen toch wel heel erg mijn mechanische Bohli variometer. Misschien is het een questie van wennen, maar voorlopig heb ik het idee dat die aanwijzing wat eerlijker is en vooral bij zwak weer betere informatie geeft.
Een wolkenband naast het vliegveld op 12 december. Het ziet er goed uit, maar de basis slechts 700m GND. Holger kwam teleurgesteld terug en startte een paar uur later. Helaas hield het ook vroeg weer op, zodat de meesten inclusief ik zelf, op de motor terug kwamen.
Het vullen van het staartwater met een handig oppompbaar tankje. Een paar slagen pompen zijn genoeg om de staarttank te vullen. Gelukkig hebben we hier in Gariepdam ook onze watermeters paraat, waardoor het vullen van de vleugels een stuk confortabeler en nauwkeuriger verloopt.
Voor het geval een één of andere autochtoon een paar platen aluminium nodig heeft, heb ik voor de zekerheid een aanhangerslot besteld. Bij de winkel wisten ze niet waar ik het over had, dus maakte ik deze foto van het slot van mijn buurman.